Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Achab zeide Izebel aan al wat Elia gedaan had, en [1]allen, die hij gedood had, [te weten] [2]al de profeten, met het zwaard. 1. Versta, den gehelen handel, dien hij met de profeten Baals gehouden had, om te bewijzen dat de Heere alleen de ware God was, en om die profeten in zijn naam met den dood te straffen. 2. Dat is, de vier honderd en vijftig mannen, die profeten Baals genoemd worden, boven, hfdst.18 vs.19,22, en niet de vier honderd profeten van het afgodische woud. Zie de aantekeningen boven, hfdst.18;22, en vergelijk onder, hfdst.22 vs.6.